Zaden

Nog geen honderd jaar geleden, kenden wij in Nederland:

584 rassen aardappel (Adelaars, Alberta’s, Andijker Muizen, Bal Gelen, Witte Geithoorns, Belgische Rooden, Blauwe Friezen, Blauwe Kruipers, Blonden, Bokken, Botergeeltjes, Kuilenburgers, Maastrichtse Krombekken, Muisjes, Noordmannen, Ruige Poolse, Ruige Witten en zelfs ‘Poepen’ – een consumptieras uit Friesland)
554 rassen kool
254 rassen sla
162 rassen komkommer
155 rassen wortel
127 rassen ui
115 rassen bietjes
….  (Bron: Oranje Lijst)  En hoeveel hiervan vind je nu nog terug in de supermarkt?

Veel oude rassen van akker- en tuinbouwgewassen, geteeld in de periode vanaf 1850 tot aan de Tweede Wereldoorlog, zijn verdwenen. Vanaf rond 1950 zijn door intensieve veredeling rassen ontwikkeld die een hogere opbrengst, grotere uniformiteit en betere oogstbaarheid bezitten. Hierdoor worden oude rassen niet meer geteeld en veel is verdwenen. Dat is een probleem, omdat die oude rassen vaak het uitgangsmateriaal zijn van de moderne rassen die tegenwoordig in de handel zijn. Deze oude rassen zijn vaak gebruikt voor het maken van selecties en kruisingen, om gewenste eigenschappen te krijgen zoals vorm, kleur en smaak (WUR 2017; deoerakker.nl/erfgoedzaden).

aardappelrassen
We kennen vele rassen aardappelen. In Peru zelfs meer dan 4.000 (!)

Maar het belangrijkste is misschien nog wel het belang van een grote genetische diversiteit. Als je namelijk maar één soort gewas gaat telen, verlaag je de voedselzekerheid enorm. Als er bijvoorbeeld een ziekte uitbreekt, heb je kans op een grote voedselschaarste. Denk bijvoorbeeld aan de fytophtera, de schimmel die aardappelen aantast en in Ierland een enorme hongersnood veroorzaakte rond 1845. Er werden immers enorme monoculturen aardappel geteeld. Als er veel verschillende soorten gewassen waren geteeld, waren er nooit een miljoen mensen om ‘t leven gekomen, omdat men niet afhankelijk was van één gewas. Bovendien: het ene ras aardappel is meer resistent tegen fytophtera dan het andere ras. Door oude rassen in stand te houden, kan je dit soort resistentiegenen inkruisen in rassen die bijvoorbeeld een goede opbrengst geven.

Waar op boerenmarkten nog allerlei rassen te vinden waren, willen de supermarkten alleen maar enkele rassen, die ‘t beste scoren op houdbaarheid, kleur en uniformiteit. Hierdoor kunnen de boeren al die andere rassen moeilijk verkopen. Dat is de reden waarom de genetische diversiteit enorm achteruit gegaan en waarom veel mensen het belang van kleinschalige landbouw en lokale markten dus zo onderstrepen.

 

seeds

Sinds de Biotechnologie Richtlijn van 1998, is er een groeiend probleem in de plantenveredeling. Was eerst het idee dat octrooien alleen op genetisch gemodificeerde (GG) planten mogelijk zouden zijn; steeds vaker werd ook octrooibescherming verleend op natuurlijk voorkomende eigenschappen. Dit beperkt het open innovatiesysteem in de plantenveredeling, dat gevormd wordt door het kwekersrecht. Hier het verschil:

Kwekersrecht: Intellectueel eigendom over een nieuw (planten)ras. Anderen mogen dit ras vrij gebruiken om er zaden van te oogsten & zaaien (farmer’s privilege) en/of verder te veredelen (kwekersvrijstelling). Dankzij het kwekersrecht kan de veredelaar geld terug verdienen door de arbeid die hij/zij in het veredelen heeft gestopt, zonder dat dit een bedreiging vormt voor verdere veredeling.

Patent/octrooi: intellectueel eigendom over een nieuw stukje genetisch (planten)materiaal (DNA), verkregen door genetische modificatie, bijv. door Monsanto. Alle planten/vruchten/zaden met dit DNA zijn dan automatisch eigendom van de octrooihouder. Niemand mag een plant met dit stukje DNA verder veredelen, of er zaad van oogsten& zaaien. Veel mensen vinden dit onethisch: een plant is immers ontstaan door miljoenen jaren evolutie. Door het veranderen van een klein onderdeeltje kan je toch niet zomaar eigenaar worden van leven?

Behalve de discussie of dit ethisch goed is te keuren, is het ook een grote bedreiging voor onze biodiversiteit. Op dit moment kunnen alle veredelaars alle variëteiten als uitgangsmateriaal gebruiken. Als er eenmaal een octrooi op een gewas is afgegeven is dit niet meer toegestaan. Ook het gebruik van het zaad en de hieruit voortkomende productie is verloren voor een vrije, van bedrijven onafhankelijke, voedselproductie. Zie ook deze aflevering van Zelmbla:

 

Wat is er precies aan de hand?

Grote zaadbedrijven vragen steeds vaker octrooi (ook wel patent genoemd) aan op eigenschappen van gangbare (=klassiek veredelde) voedselgewassen.  Zo is bijvoorbeeld patent verleend op paprika’s met een natuurlijke afweer tegen schadelijke insecten. Daarmee worden deze zaadbedrijven eigenaar van alle zaden, vruchten en planten met deze eigenschap. Andere bedrijven mogen deze eigenschap dan niet meer vrij gebruiken in hun eigen rassen. Deze ontwikkeling blokkeert de veredelingspraktijk en daarmee de agrobiodiversiteit die wij nodig hebben om onze voedselvoorziening in stand te houden.

Hoewel er in het Europees Octrooi Verdrag (EOV) en in de Biotech Richtlijn staat dat essentieel biologische processen (lees dieren gewassen en dus klassieke veredeling) niet geoctrooieerd mogen worden, gebeurt dit de laatste jaren via allerlei omwegen toch steeds vaker. Dit is een gevaar voor de biodiversiteit en de landbouw dreigt nog meer in de handen van grote bedrijven te komen. In de zogenaamde Broccoli-tomatenzaak heeft het hoogste beroepsorgaan van het Europees Octrooi Bureau (EOB) echter besloten dat de producten van klassieke veredeling (d.w.z. de zaden, planten en vruchten) wel octrooieerbaar zijn. Veel octrooiaanvragen zaten in de wacht in afwachting van deze uitspraak. Dit is dus heel slecht, maakt ruimte voor een lawine aan nieuwe octrooien op gangbare voedselgewassen.

Na de uitspraak in de broccoli-tomatenzaak is het duidelijk dat het voeren van oppositie tegen octrooiaanvragen het probleem niet oplost en dat de Europese regels aangepast moeten worden. In de eerste helft van 2016 is Nederland voorzitter van de EU en staat octrooi hoog op de politieke agenda.  Meer hierover kun je lezen in het verslag van een workshop die Maaike Raaijmakers van Bionext over dit onderwerp gaf tijdens Reclaim the Seeds in Wageningen.

Wat zijn hiervan de gevolgen?

  • De ontwikkeling van nieuwe rassen (=veredeling) wordt geremd. Deze veredeling is hard nodig om rassen bestand te maken tegen bijvoorbeeld klimaatverandering;
  • Enkele multinationals krijgen controle over de wereldwijde zaad- en voedselproductie;
  • Zaadbedrijven die geen toegang hebben tot gepatenteerde eigenschappen worden uit de markt gedrukt, waardoor de diversiteit aan groenten afneemt en de prijzen stijgen.

Er zijn al meer dan honderd patenten op natuurlijke eigenschappen van planten verleend en meer dan duizend zijn aangevraagd! Om dit proces te stoppen moet de Europese octrooiwet worden aangepast. Patenten staan dit voorjaar hoog op de politieke agenda in Brussel. Verschillende organisaties proberen octrooien tegen te houden:

Bezwaarprocedures

Ten eerste wordt bezwaar gemaakt bij het Europees Octrooi bureau. Er is in het verleden meermalen door de politiek aangegeven dat er op een levend organisme geen octrooi mag worden verleend. Het is dus dubieus dat dit op het moment door het Europees Octrooibureau wel wordt gedaan. Via bezwaarprocedures wordt geprobeerd dit te stoppen. In 2014 heeft Bionext samen met LTO en 32 andere organisaties uit 27 Europese landen bezwaar ingediend bij het Europees Octrooi Bureau (EOB) tegen het octrooi van Syngenta op rode paprika’s. Bionext eist samen met de coalitie dat het octrooi wordt ingetrokken. De ‘uitvinding’ van Syngenta betreft namelijk een eigenschap van een plant – resistentie tegen witte vlieg – die in de natuur voorkomt. De hoorzitting inzake het paprika octrooi zal plaatsvinden op 10 juni 2016 in München. Bionext zal daarbij aanwezig zijn. Ter voorbereiding proberen we nog bewijzen te verzamelen die het octrooi onderuit kunnen halen. We doen dit o.a. in samenwerking met Bart Vosselman van de Bolster, Bert Visser, oud-directeur van de Genenbank en Nico van Ruiten voorzitter van LTO glaskracht.

De andere bezwaarprocedures waar Bionext bij betrokken is zijn: Het octrooi op een makkelijk oogstbare broccoli van Monsanto Het octrooi op klimaatadaptatie gescreende sojarassen van Monsanto Hiervan is nog niet duidelijk wanneer de hoorzittingen in deze zaken zullen plaatsvinden.

Politieke lobby

Als de regelgeving toch niet duidelijk genoeg is om octrooien op levende organismen tegen te gaan, dan zal die regelgeving moeten worden aangepast. Juist omdat een meerderheid van de politici heeft aangegeven dat gewassen en dieren eigenlijk niet patenteerbaar zouden moeten zijn.

Aanpassing van de EU Biotech Richtlijn

In december 2015 is er een resolutie van het Europese Parlement aangenomen waarin de Europese Commissie wordt opgeroepen om snel (juridische) duidelijkheid te geven over de reikwijdte van de Biotech Richtlijn en om indien nodig te pleiten voor aanpassing. De inzet van de Nederlandse regering is om een brede kwekersvrijstelling op te nemen in de Biotechrichtlijn. Mocht daar onvoldoende draagvlak voor zijn bij andere lidstaten dan is een tweede optie het beperken van de octrooieerbaarheid d.m.v. een verbod op het octrooieren van klassieke veredeling en producten die daaruit voortkomen.

Op 3 november 2016 gaf de EU gaf uitspraak over de wet: “Het is nooit de bedoeling geweest van de Europese wetgever (Europese Raad en Europese Commissie) om octrooien op producten van essentieel biologische processen te verlenen“. Echter is de uitspraak van het Europees Parlement niet juridisch bindend. De vervolgstap is nu aan de lidstaten van het Europees Octrooibureau (EOB). Zij moeten zorgen dat de interpretatie van de EU wordt overgenomen door het EOB. Deze onafhankelijke instelling, die verantwoordelijk is voor de verlening van Europese octrooien, is juridisch niet gebonden aan de interpretatie van de Europese Commissie. Het zijn de nationale regeringen van de Europese Unie plus tien andere landen, die daar het beleid bepalen. Zij moeten nu zorgen dat het EOB deze interpretatie overneemt (zie ook website ASEED)

Aanpassing van de implementatieregels van het Europees Octrooi Verdrag.

Dit is de tweede route om de octrooiwetgeving aan te passen. No Patents on Seeds pleit al jaren voor deze route omdat die relatief snel gerealiseerd kan worden, namelijk door een besluit van de administratieve raad van het Europees Octrooibureau die vier keer per jaar bij elkaar komt. Daarvoor is wel een meerderheid nodig onder de vertegenwoordigers uit 38 landen.

Een eerste stap is om het onderwerp op de agenda te krijgen. Dat is intussen gelukt: op 12 mei 2016 komt het patentencomité van de administratieve raad van het EOB bij elkaar. Daarnaast heeft het EOB alle lidstaten gevraagd om een schriftelijke enquête in te vullen over de interpretatie van de broccoli/tomaten zaak en de gevolgen voor veredelingspraktijk. Bovengenoemde brief van No Patents on Seeds en IFOAM is daarom gestuurd naar alle 38 landen die het Europees octrooi verdrag hebben ondertekend.

Nationale lobby in Nederland

Het vinden van een oplossing voor de negatieve gevolgen van octrooi op voedsel staat al enkele jaren hoog op de Nederlandse politieke agenda. De Nederlandse regering zet zich o.a. actief in voor een brede kwekersvrijstelling binnen het octrooirecht. Er lopen nog drie onderzoeken die meer inzicht moeten geven in

  1. a) de gevolgen van een brede kwekersvrijstelling in het octrooirecht voor andere sectoren zoals de Farmacie en Biobased economie
  2. b) eventuele juridische knelpunten vanuit het TRIPS verdrag
  3. c) de omvang enconsequenties van octrooien op natuurlijke eigenschappen
Reclaim the Seeds 1
Boerengroep met banner opweg naar Reclaim the Seeds 2017 in Nijmegen

Ondertussen…(2017)… De introductie van Genetisch Gemanipuleerde Organismen in Europa.

1. In maart 2017 zal de EU Ministerraad stemmen over drie GGO maisvariëteiten (Monsanto’s 810, Dupont Pioneer’s 1507 en Syngenta’s Bt11). Alledrie zijn oude, onnodige variëteiten, waarvan Nederland zelf heeft aangegeven ze niet te willen telen. In 2014 stemde Nederland zelf, na een Kamermotie, samen met 18 andere lidstaten tegen Dupont Pioneer’s 1507 mais. De regering zou ook nu deze Kamermotie moeten respecteren. Deze planten produceren zelf het  Bt-toxine, bedoeld om de larven van bepaalde insecten als de Europese maisboorder te doden. Bt-toxine is echter aanwezig in de gehele plant, en heeft ook effect op ‘non-target’ organismen. Twee van de maisvariëteiten, 1507 and Bt11, zijn tevens resistent gemaakt tegen het onkruidgif glufosinaat. Het gebruik van glufosinaat is sinds 2013 ingeperkt vanwege haar reproductietoxiciteit. Meer informatie over de nadelen en risico’s van deze gewassen vind u in de media briefing van Greenpeace EU.

2. Een ander zeer belangrijk thema is de regulering van nieuwe GGO technieken, inclusief de zogenaamde ‘gene-editing’ technieken zoals oligonucleotide-directed mutagenesis (ODM), zinc finger nucleases (ZFN), TALENs en CRISPR-Cas9. Er zijn belangrijke redenen waarom de producten van deze technieken minstens zo goed beoordeeld moeten worden op risico’s als de oude GGOs (zie hier voor een overzicht en zie dit artikel over de risico’s van Crispr-cas9). Maatschappelijke organisaties waaronder IFOAM EU, Greenpeace EU, Via Campesina, Friends of the Earth Europe, Slow Food en Corporate Europe Observatory publiceerden een gezamenlijke positie paper (2016) waarom de nieuwe GGOs onder de EU GGO wetgeving moeten vallen. In Brussel is een onverantwoorde lobbycampagne gaande van biotechbedrijven, gecoördineerd door het Nederlandse PR-bedrijf Schuttelaar en Partners, met als doel deze technieken in z’n geheel van de EU GGO wetgeving uitgesloten te krijgen: dus geen risico-analyse, traceerbaarheid of etikettering. (Zie ons rapport (2016) ‘Biotech lobby’s push for GMOs to escape regulation’).

De Europese Commissie had een juridische interpretatie van de EU GGO wetgeving zullen produceren om duidelijkheid te scheppen rond de status van deze technieken. Echter, opgevraagde documenten tonen aan dat druk vanuit de VS een spaak in het wiel heeft gestoken. Inmiddels heeft de Franse Conseil d’Etat aan het Europese Hof van Justitie gevraagd of organismen geproduceerd door gene-editing technieken gereguleerd moeten worden onder de EU GGO wetgeving. De uitspraak wordt pas in 2018 verwacht. Ondertussen zijn de eerste producten echter al op de internationale markt: GG koolzaad van het bedrijf Cibus (SU Canola), dat resistent is gemaakt tegen onkruidgif op basis van sulfonylurea, wordt in de VS geteeld. De Europese Commissie heeft de lidstaten gevraagd om bedrijven geen toestemming te verlenen voor het in het milieu brengen van nieuwe GGOs, maar maatregelen om illegale import tegen te gaan ontbreken.

Donderdag 29 juni 2017. Het Europees Octrooi Bureau (EOB) heeft besloten ‘geen patenten meer te verlenen op (eigenschappen van) klassiek veredelde gewassen’. Het blijft nog wel mogelijk om patenten aan te vragen op planten en dieren met een eigenschap die ontstaan is door een mutatie. “Mutaties kunnen ontstaan onder invloed van zonlicht, ze kunnen worden opgewekt met een chemische stof of ze kunnen het resultaat zijn van een gericht technisch proces. Het probleem is dat aan het eindproduct meestal niet te zien is op welke manier de mutatie ontstaan is. Toch blijven dit soort eigenschappen octrooieerbaar. (bionext 2017)

Verdiep je meer in zaden:

  • Patenten op natuurlijke eigenschappen van planten en dieren bijna verleden tijd. Bionext, 2017
  • Lang Leve de Biodiversiteit – verslag van Reclaim the Seeds 2017 (Boerengroep)
  • ‘Wie Wind Zaait, zal Storm Oogsten. Over monopoliseren van zaaizaad‘. ASEED, 2010. De invloed van het grootschalige bedrijfsleven op de wereldwijde voedselproductie neemt snel toe. Ook de mondiale handel in zaaigoed laat dat duidelijk zien. Een steeds kleiner aantal gigabedrijven monopoliseert de markt. Terwijl wordt gewerkt aan de nieuwe Europese regelgeving voor landbouwgewassen, nemen wereldwijd opererende bedrijven onopvallend de Europese markt over. Deze brochure beschrijft in het kort de stand van zaken in Nederland en Europa en gaat in op de consequenties die de huidige ontwikkelingen zullen hebben op de landbouw. Download pdf..
  • Zembla aflevering De Strijd om het Zaad.
    Bert Visser (Zaadbank CGN Wageningen): “Zoals de overheid ons nu financiert, kunnen we alleen op verzamelmissie, als we gesponsord worden door bedrijven. Ons materiaal kunnen ze dan onderzoeken op diversiteit. Dat is dan ‘n gemeenschappelijk belang, waardoor wij op verzamelmissie kunnen (…) Maar we erkennen ook dat als ze [de zaden] gebruikt kunnen worden voor  commerciele doeleinden, ze beschermd kunnen worden door intellectuele eigendomsrechten. Dat is internationaal beleid, onder die voorwaarden moeten wij werken.”
  • Tanzaniaanse Boeren riskeren zware celstraffen als ze traditionele zadenruil verder zetten. MO* 2016. Lees hier
    Boeren riskeren nu een gevangenisstraf van minstens 12 jaar of een boete van meer dan 205.300 euro of beide als ze zaden ruilen of verkopen die niet gecertificeerd zijn. Tanzania paste de wetgeving omtrent intellectueel eigendomsrecht op zaden aan als voorwaarde om ontwikkelingshulp te krijgen via de New Alliance for Food Security and Nutrition (NAFSN). De NAFSN werd in 2012 gelanceerd door de G8 met als doel via publiek-private samenwerking 50 miljoen mensen uit de armoede en honger te helpen in de tien Afrikaanse partnerlanden. Het initiatief krijgt de steun van de EU, de VS, het VK, de Wereldbank en de Bill & Melinda Gates Stichting. ‘Het resultaat zal zijn dat het zaadsysteem van de boeren instort omdat ze hun eigen zaden niet mogen verkopen’, volgens Janet Maro. ‘Multinationals gaan ons land van zaden voorzien en alle boeren gaan die van hen moeten kopen. Dat betekent dat we biodiversiteit zullen verliezen, want het is onmogelijk dat ze alle zaden die we nodig hebben kunnen onderzoeken en patenteren.’
  • Van boer tot boer. Korte documentaire met Nederlands ondertiteling.
    Sinds midden jaren 90 worden op de Amerikaanse akkers op grote schaal genetisch gemanipuleerde (gg) gewassen geteeld: voornamelijk gg soja en mails, maar ook bieten en koolzaad. Moeten Europese boeren overwegen in de toekomst over te schalen op gg-teelt? De filmmaker neemt polshoogte in de VS en laat boeren aan het woord over hun ervaringen met het telen van zowel gg als conventionele gewassen. Patenten, een sterk gemonopoliseerde zadenmakt en superonkruid spelen hen parten. Michael Hart is een gangbare veehouder uit Dorset (GB) die de film speciaal voor Europese boeren heeft opgenomen. Hart is betrokken bij de Britse Family Farms Association.
  • De Monsanto Methode – Zembla (documentaire)

 

Wat kan jij zelf doen?

Ga opzoek naar zaden en houd deze in stand door ze te zaaien en oogsten in je (moes)tuin. Je kan zaden vinden bij:

reclaimtheseeds wageningen

Reclaim the Seeds 2016, Wageningen. Organized by Boerengroep and ASEED.